We maken allemaal deel uit van groepen zoals een sportclub, oudercommissie en onze familie. Op het werk maak je waarschijnlijk onderdeel uit van commissies, tijdelijke projectteams en werk je binnen een (afdelings)team of een MT. Ook zul je in regelmatig met een leidinggevende-medewerker relatie te maken hebben. Binnen al deze groepen neem je een plek in en ga je relaties aan met anderen. De vraag is: hoe doe jij dat?
Ben jij iemand die het prettig vindt om opdrachten van je leidinggevende uit te voeren? Of merk je bij jezelf een beetje onderhuids verzet? Ben je iemand die geneigd is zijn eigen boontjes te doppen of werk je het liefst zo veel mogelijk samen?
Waar sta je in dit team ten opzichte van de leidinggevende en ten opzichte van je teamgenoten? En wat betekent het om die plek te hebben? De kwaliteit van je relaties en samenwerking verbetert wanneer je meer zicht hebt op hoe je in deze groep beweegt. En wanneer je dit nog doet vanuit oude patronen.
Deze inzichten vertellen ons ook wat onze kernkwaliteiten zijn en waar en wanneer deze zijn ontstaan. Of we nu goed verantwoordelijkheid kunnen nemen, overal inspringen waar oplossingen nodig zijn, mensen met elkaar verbinden of juist vechten. Onze kwaliteiten komen het meest tot hun recht als we ze inzetten vanaf de juiste plek in de organisatie.